Onbegrepen klachten bij siliconen borstprothesen
Al jaren duiken er in de media regelmatig berichten op over een mogelijke relatie tussen (siliconen) borstimplantaten en onbegrepen klachten die sommige vrouwen met borstprothesen ervaren. Siliconen worden daarbij genoemd als oorzaak van diverse klachten waaronder vermoeidheid, spierpijn, gewrichtspijn, droge ogen, haaruitval, concentratieproblemen of ontstekingsreacties.
Reden voor de Nederlandse Vereniging voor Plastische Chirurgie (NVPC) om alle onderzoeken op dit gebied nauwlettend te volgen en zelf bij te dragen aan wetenschappelijk onderzoek. Daarbij wordt onderzocht of er daadwerkelijk een oorzakelijke relatie bestaat. Want hoewel er vrouwen zijn die wel degelijk minder klachten ervaren na het verwijderen van hun borstimplantaten, is het nog niet gelukt om wetenschappelijk een oorzakelijk verband te leggen tussen siliconen borstimplantaten en de klachten. Daarnaast zijn er veel meer vrouwen die geen klachten hebben en geen reden zien hun borstimplantaten te laten verwijderen. Een operatie om borstimplantaten te verwijderen brengt bovendien de nodige (operatie)risico’s met zich mee.
De NVPC ziet op dit moment geen reden om te stoppen met het plaatsen van siliconen borstimplantaten. Wel krijgen vrouwen die overwegen een borstimplantaat te nemen, voorafgaand uitgebreide voorlichting over eventuele risico’s en toekomstverwachtingen. Plastisch chirurgen kunnen daarbij de chirurgische bijsluiter siliconen borstimplantaten gebruiken die steeds wordt aangepast bij nieuwe wetenschappelijke bevindingen. Daarnaast is in 2020 een nieuwe richtlijn borstprothesechirurgie gepubliceerd, waarin de uitkomsten van de meest recente wetenschappelijke onderzoeken zijn meegenomen, inclusief een informatiefolder voor patiënten.
Vrouwen die toch van hun borstimplantaten af willen, kunnen een zogeheten explantatie ondergaan. Deze operatie wordt doorgaans niet vergoed vanuit het basispakket, behalve als aan bepaalde medische voorwaarden wordt voldaan. Daarnaast is in opdracht van Zorginstituut Nederland een protocol gemaakt waarbij getoetst wordt of aan deze voorwaarden wordt voldaan. Dit protocol is begin 2021 ingediend bij het Zorginstituut. Het protocol is nog niet opgenomen in de zogeheten Werkwijzer beoordeling behandelingen van plastisch-chirurgische aard van de Vereniging Artsen Volksgezondheid (VAV).
Veel gestelde vragen en antwoorden
Regelmatig wordt in de media aandacht besteed aan de veiligheid van borstimplantaten. Daarbij is er veel aandacht voor allerlei lichamelijke klachten, wat breast implant illness (BII) wordt genoemd. Vaak worden conclusies getrokken, die geen enkele wetenschappelijke onderbouwing hebben. Dit zorgt voor ongerustheid bij patiënten die nadenken over een borstreconstructie na borstkanker of vrouwen die implantaten hebben genomen om cosmetische redenen. Zij vragen zich of dit wel veilig is en welke gezondheidsrisico’s zij lopen. De NVPC, de beroepsvereniging voor plastisch chirurgen, begrijpt deze zorgen en wil alle betrokkenen zo goed mogelijk informeren. In dit artikel behandelen we een aantal veel gestelde vragen, die vaak in de spreekkamer worden gesteld.
DEEL 1: OVER VEILIGHEID EN ZIEK WORDEN VAN IMPLANTATEN (BII, ALCL) EN TESTEN
1. Ik maak me zorgen n.a.v. de laatste tv-uitzending waarin het gaat over borstimplantaten. Zijn implantaten nu wel of niet veilig?
In principe zijn aan elke medische ingreep en het gebruik van medische hulpmiddelen risico’s verbonden. Al zolang siliconen borstimplantaten worden gebruikt (vanaf 1962) wordt onderzocht of ze schadelijk zijn voor de gezondheid. Tot nog toe hebben grote wetenschappelijke onderzoeken (onderzoeken waarbij vrouwen met en zonder implantaten worden vergeleken) geen gevaar voor de volksgezondheid kunnen aantonen. In Amerika is in 1992 tijdelijk het gebruik van siliconen borstimplantaten voor cosmetische behandelingen door de FDA (de Amerikaanse inspectie voor volksgezondheid) verboden om meer onderzoek te doen. Na 14 jaar onderzoek stelde de FDA in 2006 dat er geen aanwijzingen waren dat siliconen borstimplantaten onveilig waren en werd het gebruik ervan weer toegestaan. Ook de Nederlandse Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) stelt dat er geen redenen zijn om het gebruik van siliconen borstimplantaten te verbieden. Lees hier meer over de veiligheid van implantaten op de website van de IGJ.
2. Ik hoor en lees veel over Breast Implant Illness, wat is BII?
BII is de naam voor een verzameling klachten die is bedacht door de vrouwen die aangeven deze klachten te ervaren. Het gaat om klachten, waar geen duidelijke oorzaak voor te vinden is. Deze groep voelt zich vaak erg onbegrepen. Ondanks dat er veel onderzoek wordt gedaan naar het voorkomen van allerlei lichamelijke klachten en borstprothesen, is BII geen erkende ziekte. Daarbij gaat het bij BII niet om duidelijke symptomen zoals bijvoorbeeld een gewrichtsontsteking, maar om persoonlijk ervaren klachten zoals gewrichtspijn. Er wordt gesproken over zogeheten aspecifieke klachten zoals spierpijn, reumatische klachten, droge ogen, haaruitval, vermoeidheid en vergeetachtigheid. Onder medisch specialisten staat BII bekend als ASIA (Auto-Immune Syndrome Induced by Adjuvants). Dit is een syndroom dat niet specifiek is voor siliconen borstimplantaten. Het kan optreden na implantatie van elk type implantaat of ‘adjuvants’ (ofwel: materialen die het lichaam van nature vreemd zijn). Denk daarbij aan een spiraaltje, pacemaker of heupprothese. Vermoedelijk is er bij het ASIA-syndroom sprake van een hevige reactie van het immuunsysteem tegen dit vreemd-lichaam.
3. Wat is het risico dat ik van borstimplantaten ziek wordt?
Dat risico is gelukkig heel klein. Vermoed wordt dat het risico op het ontwikkelen van klachten kleiner is dan 1 procent. Klachten die beschreven worden bij BII zijn atypische klachten zoals vermoeidheid, vergeetachtigheid, haaruitval, droge ogen, spierpijn, concentratieproblemen en vergeetachtigheid, etc. Dat maakt het heel moeilijk om te onderzoeken; de klachten zijn zo algemeen en breed dat ze allerlei oorzaken kunnen hebben die niets met borstprotheses te maken hebben. Uit een onderzoek van het Maastricht UMC eerder dit jaar (2021) blijkt dat deze klachten net zo vaak voorkwamen bij vrouwen zonder siliconen implantaten als bij vrouwen met.
4. Kan ik mij laten onderzoeken op BII?
Helaas is BII of het ASIA-syndroom lastig vast te stellen en/of behandelen. Het verwijderen van implantaten is geen garantie voor het verdwijnen van eventuele klachten. Dit heeft ermee te maken dat er in het huidige onderzoek naar het ASIA-syndroom onvoldoende rekening is gehouden met de aanwezigheid van andere oorzaken die de kans op auto-immuunziekten vergroten. ASIA-klachten kunnen ook een gevolg zijn van chemo- of hormoontherapie, of veroorzaakt worden door de overgang of roken. Van roken is bijvoorbeeld bekend dat het schadelijk is voor de gezondheid en leidt tot een verhoogde kans op auto-immuunziekten.
Plastisch chirurgen doen veel onderzoek naar de veiligheid van borstimplantaten (samen met het RIVM en het NIVEL). Bij deze onderzoeken wordt onderzocht of onbegrepen klachten vaker voorkomen bij vrouwen met siliconen borstimplantaten dan bij vrouwen zonder en welke vrouwen eventueel meer risico op deze klachten hebben. Daarbij wordt gekeken naar oorzaken zoals roken, allergische aanleg, het al hebben van een auto-immuunziekte. Ook wordt gekeken of het borstimplantaat zelf een oorzaak kan zijn, zoals een kapotte prothese, leeftijd van de prothese (tijdsduur dat deze in het lichaam zitten).
5. Hoe zit het met siliconendeeltjes die kunnen loslaten of in het lichaam kunnen terechtkomen?
Er is één onderzoeker (Henry Dijkman) die onderzoek doet naar de aanwezigheid siliconen moleculen in het lichaam. De NVPC en plastisch chirurgen zijn kritisch over Dijkmans onderzoek omdat het niet om een representatieve steekproef gaat, maar om een beperkt onderzoek (389 dossiers over een periode van 34 jaar, terwijl er jaarlijks ruim 25.000 implantaten worden geplaatst). Ook is niet bekend hoeveel implantaten bij verwijdering kapot of intact waren, wat de achtergrond van de betrokken vrouwen was qua gezondheid en of ze bijvoorbeeld rookten. Dit alles geeft een vertekend beeld van de omvang van het probleem. Patiënten die geen klachten hebben en waarvan de kapsels niet zijn opgestuurd, zijn niet betrokken bij dit onderzoek. Daarmee is dus ook niet te zeggen hoe vaak en hoeveel siliconendeeltjes vrijkomen bij cohesieve (vaste) implantaten. Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) steunt deze conclusie in een reactie op hun website van 16 november 2021 . Overigens is de kans op aanwezigheid van siliconen in het borstweefsel geen nieuws: dit staat onder andere al jaren in de chirurgische bijsluiter siliconen borstimplantaten van de NVPC, die wordt gebruikt bij het voorlichten van patiënten.
6. Is het gevaarlijk als er siliconendeeltjes in mijn lichaam komen/zitten?
Siliconendeeltjes kunnen bij de meeste mensen in het lichaam worden aangetoond. Uit diverse studies is gebleken dat ook bij vrouwen zonder borstimplantaten siliconendeeltjes in het bloed voorkomen. Dit komt waarschijnlijk door onze voeding en dranken, waarin deze deeltjes ook zitten. Er zijn daarnaast ook veel gewone producten waar siliconen in zitten zoals lippenstift, tandpasta en speentjes voor baby’s (zie: https://waarzitwatin.nl/zoeken?query=siliconen). In het onderzoek van Dijkman is niet onderzocht of de aanwezigheid van siliconendeeltjes ook (gezondheids)klachten veroorzaakt. De conclusies in de media zijn daarom nogal voorbarig. Er worden al tientallen jaren grote groepen vrouwen met borstimplantaten gevolgd en vergeleken met vrouwen zonder borstimplantaten. In deze onderzoeken zijn geen duidelijke verschillen in klachten gevonden tussen de groepen met en zonder implantaten.
7. Zijn er testen waarmee kan worden aangetoond dat er siliconen in mijn lichaam zitten?
Er zijn op dit moment geen standaardtesten in ziekenhuizen aanwezig die siliconen in het lichaam kunnen aantonen. Daarnaast komen siliconendeeltjes bij vrijwel iedereen in het lichaam voor door onze voeding en dranken, waarin deze deeltjes ook zitten. Zo zit er bijvoorbeeld in een pak koemelk 10 keer zoveel siliconen als in moedermelk van vrouwen met prothesen en in babyvoeding zelfs 70 keer zoveel.
Er wordt veel reclame gemaakt voor een haartest door een commerciële organisatie, waarbij de hoeveelheid platina wordt gemeten (in borstimplantaten zitten lage concentraties platina) als ‘signaal’ voor het krijgen van klachten.
De NVPC wijst erop dat er helaas nog geen goede wetenschappelijke basis is om te kunnen zeggen dat een ‘verhoogde hoeveelheid gemeten platina in het haar’ leidt tot gezondheidsklachten. Er is meer wetenschappelijk onderzoek nodig om de betrouwbaarheid van dit soort testen te kunnen vaststellen.
8. Hoe zit het met implantaten en kanker?
Onderzoek heeft aangetoond dat borstimplantaten geen verhoogd risico geven op het krijgen van borstkanker. Dit wordt bevestigd door KWF Kankerbestrijding: https://www.kwf.nl/standpunten/borstimplantaten-en-borstkanker. Wel blijkt uit Nederlands onderzoek dat vrouwen met borstimplantaten een grotere kans hebben op ALCL, een zeldzame vorm van lymfeklierkanker (BIA-ALCL). Nederlands onderzoek uit 2018 heeft laten zien dat vrouwen met een borstimplantaat een kans van 1 op de 35.000 hebben om dit type lymfklierkanker voor hun 50e levensjaar te ontwikkelen. Als deze vrouwen de leeftijd van 75 jaar hebben bereikt, is het risico 1 op de 7.000. En áls het ontstaat, dan is het vaak goed te herkennen (hetzij een door vocht gezwollen borst, hetzij een knobbeltje in de borst) en in de meeste gevallen ook goed te behandelen. 95 procent van de vrouwen die de ziekte krijgt, geneest. Voor meer informatie over ACLC kun u kijken op de website van de NVPC via deze link. Volgens de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) zijn de risico’s ‘acceptabel’. Dat betekent dat borstimplantaten gewoon gebruikt mogen worden.
9. Wanneer moet ik naar de poli komen? Wat zijn serieuze signalen waar je op moet letten?
Patiënten krijgen het advies zich bij hun arts te melden bij (lokale) klachten als pijn en vormverandering van de borst, toename van de borstgrootte (dit kan wijzen op ALCL), indien zij iets voelen (een zwelling) dat zij niet vertrouwen, of als er per toeval met een Echo of MRI een kapotte prothese wordt vermoed. Patiënten mogen zich daarnaast ook altijd melden in geval van zorgen of vragen.
10. Wat moet ik doen als ik mij ondanks alles toch zorgen maak?
De veiligheid van de patiënt is het allerbelangrijkste voor elke plastisch chirurg. We willen daarom ook benadrukken dat vrouwen met borstimplantaten, die zich zorgen maken of klachten denken te hebben gerelateerd aan borstimplantaten, altijd een afspraak kunnen maken bij hun plastisch chirurg voor een gesprek en/of nader onderzoek.
DEEL 2: OVER LEKKEN, ZWETEN, VERVANGEN VAN IMPLANTATEN EN VERGOEDINGEN
11. Wanneer moet ik mijn implantaten laten vervangen?
Bij patiënten die geen klachten hebben, hoeven de implantaten niet vervangen te worden. Dit staat ook in de wetenschappelijke richtlijnen van de NVPC. Als een borstimplantaat gescheurd is of lekt, kan het nodig zijn deze te laten vervangen. Het is wel bekend dat na 10-15 jaar de kans op scheuren en lekken van de implantaten toeneemt. Geen enkel implantaat gaat een leven lang mee. Daarom moeten ze op den duur vervangen worden. Hierbij moet de plastisch chirurg samen met de patiënt het risico van de operatie afwegen tegen het risico van het laten zitten van de implantaten. Wees zelf altijd alert op veranderingen van uw borsten. Bijvoorbeeld als ze ineens groter worden, pijn gaan doen of als u een knobbel voelt. Bij klachten is het altijd verstandig om naar uw arts te gaan voor onderzoek.
12. Is het verstandig/nodig om mijn borstimplantaten preventief te laten verwijderen?
Nee, zolang iemand geen klachten heeft en er geen medische noodzaak is, dan is er geen enkele reden om borstimplantaten (preventief) te laten verwijderen. Explantatie van borstimplantaten vindt in Nederland doorgaans alleen plaats vanwege een medische noodzaak. Artsen zijn terughoudend om zonder medische noodzaak borstimplantaten te verwijderen, vanwege de risico’s die een operatie met zich meebrengt. Alleen onder een aantal medische voorwaarden wordt verwijdering (of vervanging) van de borstimplantaten door de zorgverzekeraars vergoed (zie ook punt 16). Patiënten kunnen op eigen verzoek (en eigen kosten) borstimplantaten laten verwijderen.
13. Moeten borstimplantaten standaard na tien jaar worden vervangen?
Om wat voor merk of soort borstimplantaat het ook gaat, geen enkel borstimplantaat gaat levenslang mee en kan ‘slijten’. Maar dat wil niet zeggen dat ze altijd kapot gaan. De siliconen borstimplantaten van nu zijn kwalitatief hoogstaand. Het is echter aanbevolen om ze bij klachten te laten controleren. Redenen voor het laten vervangen van borstimplantaten zijn bijvoorbeeld:
– Kapotte of gescheurde borstimplantaten. Dit komt vooral voor bij implantaten die voor of in de jaren 90 geplaatst zijn.
– Er vindt altijd kapselvorming plaats bij een borstimplantaat, maar bij overmatige kapselvorming voelt de borst hard aan, vervormt deze en/of ontstaan pijnklachten.
14. Hoe weet ik of mijn implantaten lek zijn?
Er is momenteel geen bewezen methode om te testen of uw implantaten lekken. Siliconen borstimplantaten lekker altijd een beetje (zweten), dat is vanwege de samenstelling van de siliconen inhoud en het omhulsel. Borstimplantaten kunnen, net als andere medische hulpmiddelen, kapotgaan. Dit kan komen door plotselinge hevige druk zoals bij een ongeluk of door langzame slijtage van het materiaal zoals bij plooivorming of overmatige kapselvorming. De siliconen inhoud komt dan buiten het omhulsel maar blijft nog binnen het kapsel (dit wordt een intra-capsulaire ruptuur genoemd). Van daar kán de siliconen inhoud zich ook buiten het kapsel verplaatsen (dit wordt een extra-capsulaire ruptuur genoemd). De kans hierop is aanzienlijk groter bij ouderwetse vloeibare siliconen implantaten en minder groot bij de huidige generatie vaste (cohesieve) gel implantaten.
Hoe vaak een ruptuur van het implantaat optreedt, wisselt per type implantaat. In algemene zin kan gezegd worden dat hoe langer een implantaat in het lichaam zit, hoe groter de kans op een ruptuur is. Hierbij lijkt er een omslagpunt te zitten rond 10 jaar; de meeste studies laten zien dat ongeveer 10-27% van de onderzochte implantaten dan een ruptuur vertoont. Om te onderzoeken of er sprake is van een ruptuur wordt gebruik gemaakt van een MRI-scan.
15. Wat gebeurt er als mijn implantaten zweten en is dat gevaarlijk?
Siliconen borstimplantaten zullen zweten en siliconen moleculen kunnen migreren naar het lichaam. Door de huidige cohesive (vaste) gel borstimplantaten gebeurt dit wel vele malen minder dan met de vroeger gebruikte vloeibare siliconen borstimplantaten. Er zijn bovendien veel andere bronnen van siliconen zoals make-up, spenen die wij onze kinderen geven, maar ook voedingsmiddelen. Studies hebben laten zien dat de concentratie siliconenmoleculen in bloed van vrouwen zonder en met al dan niet intacte borstimplantaten niet verschillen. Vooralsnog lijkt het zweten van borstimplantaten geen schadelijke gevolgen voor de gezondheid te hebben. Er kan soms wel een goedaardige lymfeklierontsteking ontstaan. De mate van zweten hangt af het type en leeftijd borstimplantaat.
16. Wanneer wordt het verwijderen van borstimplantaten vergoed door de zorgverzekeraar?
Het verwijderen van siliconenimplantaten wordt alleen vergoed als er sprake is van een medische noodzaak, bijvoorbeeld als er sprake is van lekkage buiten het kapsel rondom de implantaten. Het kapsel is de beschermende laag bindweefsel dat door het lichaam wordt aangemaakt nadat de implantaten geplaatst zijn. Als er via een mammografie aangetoond is dat hier sprake van is, kan een plastisch chirurg een aanvraag voor vergoeding uit de basisverzekering indienen. Voor meer informatie over de voorwaarden voor een vergoeding kunt u ook terecht bij uw eigen zorgverzekeraar.
Met betrekking tot het verwijderen van borstimplantaten bij ASIA zijn er speciale voorwaarden. Meer informatie hierover is te vinden op de website van het Zorginstituut Nederland.